Vrijheid van meningsuiting is niet onbetwist
Tot mijn grote verbazing hoor ik Mark Rutte zeggen dat ‘de vrijheid van meningsuiting onbetwist is’. Veel mensen, ook politici, zijn dezelfde mening toegedaan en zullen hetzelfde beweren in woorden van gelijke strekking. De vraag is of we willen leven in een wereld waarin iedereen op elk moment maar moet kunnen zeggen of roepen wat hij of zij denkt. Niemand wil dit, in de praktijk, waar hebben. In de praktijk blijkt dat het ‘principe van vrijheid van meningsuiting’ behoorlijk aan banden wordt gelegd. Anders gezegd: het algemene principe dat mensen vrij zijn om zich te uiten zoals ze willen, blijkt beperkt. Gelukkig maar, zou ik zeggen. Vrijheid van meningsuiting is niet onbetwist en onbeperkt.
Een paar voorbeelden mogen volstaan. De damschreeuwer heeft dat geweten. Een mens hoort de doden te eren en respect te hebben voor mensen die daar twee minuten bij stilstaan. Een mens hoort de openbare orde niet te storen.
Ik las een tijdje terug ergens dat kinderen moeten kunnen schreeuwen en er alles maar uit moeten kunnen gooien. Dat zouden ze dan kwijt zijn. Ze zouden daar sociaal en volwassen van worden. Maar deze persoon die dit schreef, wil ’s nachts toch ook slapen? Deze persoon wil het toch niet waar hebben dat zijn of haar kind op ieder gewenst moment maar wat gaat roepen? Kinderen en mensen die ’s nachts de straat onveilig maken en de (openbare) orde verstoren of mensen uit hun slaap houden, worden aangehouden en opgepakt.
Het principe dat ieder mens op ieder moment tegen ieder willekeurig persoon zijn mening zou kunnen uiten, is niet vol te houden. Het principe is zo algemeen dat we altijd helder moeten zien te krijgen wat we bedoelen wanneer we ons op dit zgn. universele principe beroepen. Definiëring van begrippen lijkt me daarom van onschatbare waarde willen we onszelf en anderen nog serieus kunnen nemen.
Mark Rutte zou er daarom goed aan doen dit principe niet als ‘lege huls’ in de mond te nemen, maar eerst uitleg te geven over wat volgens hem de betekenis is van begrippen als ‘vrijheid’, ‘mening’, ‘uiting’ en ‘onbetwist’. Want anders blijft een slogan als ‘vrijheid van meningsuiting is een onbetwist goed’ een alleszeggende en tegelijkertijd een nietszeggende losse flodder.
Vraag aan Rutte: is onze vrijheid onbetwist óf zitten er grenzen aan? Het is het één of het ander. En als er grenzen zijn, wie bepaalt dan die grenzen? Justitie en politie?
(http://nos.nl/artikel/689678-rutte-radicalisme-wint-niet.html)